Door van sterke wiet en hasj een harddrug te maken, gaan deze middelen de zwarte markt op. Criminaliteit rond cannabis neemt dan toe. Ook zal de gebruiker dan zijn toevlucht nemen tot andere drugs. Daarvoor waarschuwt de Engelse hoogleraar psychiatrie en neurofarmacologie David Nutt tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer over het Nederlandse drugsbeleid.

Een commissie adviseerde het kabinet om sterke cannabis niet meer te gedogen in coffeeshops. Het gaat dan om hasj en wiet waarin meer dan 15 procent van de werkzame stof THC zit. Nutt noemde deze grens willekeurig. "Bier zou dan legaal zijn, maar wijn niet", zo trok hij de vergelijking met alcohol. Deze willekeur zou het vertrouwen van het publiek in drugswetgeving kunnen ondermijnen. Een vertegenwoordiger van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) stelde dat het THC-gehalte in een laboratorium niet moeilijk is vast te stellen, maar dat er geen kant-en-klare tests op de markt zijn.

Net als andere betrokkenen die spraken op de hoorzitting brak Nutt een lans voor legalisering van de productie van cannabis. Nu mogen coffeeshops softdrugs verkopen, maar kopen ze hun waar in bij criminelen. De producten gaan grotendeels naar het buitenland en niet naar de coffeeshops. Onderscheid tussen kwekers die leveren aan de coffeeshops en de grote criminelen is lastig te maken.

Legaliseren van de achterdeur van de coffeeshops scheelt de politie niet veel werk, voerde een van de deskundigen aan, want die heeft haar handen toch al vol aan de georganiseerde misdaad.

Bron: HLN.